Baca Surah Nahldengan terjemahan
فَأَصَابَهُمْ سَيِّـَٔاتُ مَا عَمِلُوا۟ وَحَاقَ بِهِم مَّا كَانُوا۟ بِهِۦ يَسْتَهْزِءُونَ
Faasabahum sayyiatu ma AAamiloo wahaqa bihim ma kanoo bihi yastahzioona
De booze daden welke zij bedreven hadden, bereikten hen en het goddelijke oordeel, dat zij bespot hadden, stortte op hen neder.
وَقَالَ ٱلَّذِينَ أَشْرَكُوا۟ لَوْ شَآءَ ٱللَّهُ مَا عَبَدْنَا مِن دُونِهِۦ مِن شَىْءٍ نَّحْنُ وَلَآ ءَابَآؤُنَا وَلَا حَرَّمْنَا مِن دُونِهِۦ مِن شَىْءٍ كَذَٰلِكَ فَعَلَ ٱلَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ فَهَلْ عَلَى ٱلرُّسُلِ إِلَّا ٱلْبَلَٰغُ ٱلْمُبِينُ
Waqala allatheena ashrakoo law shaa Allahu ma AAabadna min doonihi min shayin nahnu wala abaona wala harramna min doonihi min shayin kathalika faAAala allatheena min qablihim fahal AAala alrrusuli illa albalaghu almubeenu
De afgodendienaars zeggen: Indien het Gode had behaagd, zouden wij niets buiten hem hebben aangebeden, wij en onze vaderen; wij zouden slechts verboden hebben wat hij zelf verbood. Zij die hen voorafgingen, handelden evenzoo. Maar moeten de gezanten iets anders doen dan openbaar prediken?
وَلَقَدْ بَعَثْنَا فِى كُلِّ أُمَّةٍ رَّسُولًا أَنِ ٱعْبُدُوا۟ ٱللَّهَ وَٱجْتَنِبُوا۟ ٱلطَّٰغُوتَ فَمِنْهُم مَّنْ هَدَى ٱللَّهُ وَمِنْهُم مَّنْ حَقَّتْ عَلَيْهِ ٱلضَّلَٰلَةُ فَسِيرُوا۟ فِى ٱلْأَرْضِ فَٱنظُرُوا۟ كَيْفَ كَانَ عَٰقِبَةُ ٱلْمُكَذِّبِينَ
Walaqad baAAathna fee kulli ommatin rasoolan ani oAAbudoo Allaha waijtaniboo alttaghoota faminhum man hada Allahu waminhum man haqqat AAalayhi alddalalatu faseeroo fee alardi faonthuroo kayfa kana AAaqibatu almukaththibeena
Wij hebben vroeger bij ieder volk een gezant doen opstaan, om hen te vermanen, zeggende: Aanbidt God en vermijdt Thagut. En sommigen van hen werden door God geleid, terwijl anderen bestemd waren af te dwalen. Gaat dus over de aarde, gij Koreïshieten, en ziet wat het einde was van hen, die hunne gezanten van bedrog beschuldigden.
إِن تَحْرِصْ عَلَىٰ هُدَىٰهُمْ فَإِنَّ ٱللَّهَ لَا يَهْدِى مَن يُضِلُّ وَمَا لَهُم مِّن نَّٰصِرِينَ
In tahris AAala hudahum fainna Allaha la yahdee man yudillu wama lahum min nasireena
Indien gij, o profeet, ernstig wenscht dat zij geleid mogen worden, weet dan, dat God dengeen niet leidt, omtrent wien hij besloten heeft, hem in dwaling te brengen: zij zullen geenerlei helper hebben.
وَأَقْسَمُوا۟ بِٱللَّهِ جَهْدَ أَيْمَٰنِهِمْ لَا يَبْعَثُ ٱللَّهُ مَن يَمُوتُ بَلَىٰ وَعْدًا عَلَيْهِ حَقًّا وَلَٰكِنَّ أَكْثَرَ ٱلنَّاسِ لَا يَعْلَمُونَ
Waaqsamoo biAllahi jahda aymanihim la yabAAathu Allahu man yamootu bala waAAdan AAalayhi haqqan walakinna akthara alnnasi la yaAAlamoona
En zij zweren op de meest plechtige wijze bij God, zeggende: God zal de dooden niet opwekken. En toch, de belofte is waar. Hij zal het dus doen, maar het grootste deel der menschen weet het niet.
لِيُبَيِّنَ لَهُمُ ٱلَّذِى يَخْتَلِفُونَ فِيهِ وَلِيَعْلَمَ ٱلَّذِينَ كَفَرُوٓا۟ أَنَّهُمْ كَانُوا۟ كَٰذِبِينَ
Liyubayyina lahumu allathee yakhtalifoona feehi waliyaAAlama allatheena kafaroo annahum kanoo kathibeena
Hij zal hen doen verrijzen, opdat hij hun duidelijk de waarheid zou kunnen toonen, waaromtrent zij thans verschillen, en opdat de ongeloovigen weten dat zij leugenaars zijn.
إِنَّمَا قَوْلُنَا لِشَىْءٍ إِذَآ أَرَدْنَٰهُ أَن نَّقُولَ لَهُۥ كُن فَيَكُونُ
Innama qawluna lishayin itha aradnahu an naqoola lahu kun fayakoonu
Indien wij willen, dat iets bestaat, zeggen wij slechts: Zij, en het is.
وَٱلَّذِينَ هَاجَرُوا۟ فِى ٱللَّهِ مِنۢ بَعْدِ مَا ظُلِمُوا۟ لَنُبَوِّئَنَّهُمْ فِى ٱلدُّنْيَا حَسَنَةً وَلَأَجْرُ ٱلْءَاخِرَةِ أَكْبَرُ لَوْ كَانُوا۟ يَعْلَمُونَ
Waallatheena hajaroo fee Allahi min baAAdi ma thulimoo lanubawwiannahum fee alddunya hasanatan walaajru alakhirati akbaru law kanoo yaAAlamoona
Wat hen betreft, die hun land zijn ontvloden voor Gods zaak, nadat zij onrechtvaardig waren vervolgd, waarlijk, wij zullen hun eene uitmuntende woning in deze wereld schenken; maar de belooning van het volgende leven zal grooter zijn. Indien zij dat slechts kenden!.
ٱلَّذِينَ صَبَرُوا۟ وَعَلَىٰ رَبِّهِمْ يَتَوَكَّلُونَ
Allatheena sabaroo waAAala rabbihim yatawakkaloona
Zij die met geduld volharden en hun vertrouwen in hunnen Heer stellen, zullen overvloed van geluk hebben, zoowel in dit leven als in het volgende.
وَمَآ أَرْسَلْنَا مِن قَبْلِكَ إِلَّا رِجَالًا نُّوحِىٓ إِلَيْهِمْ فَسْـَٔلُوٓا۟ أَهْلَ ٱلذِّكْرِ إِن كُنتُمْ لَا تَعْلَمُونَ
Wama arsalna min qablika illa rijalan noohee ilayhim faisaloo ahla alththikri in kuntum la taAAlamoona
Wij hebben vóór u niemand anders als onze gezanten gezonden, dan mannen, met welke wij door openbaring spraken. Vraag dus aan hen, die met de bewaring der schriften zijn belast, indien gij niet weet dat dit de waarheid is.
Contact Us
Thanks for reaching out.
We'll get back to you soon.