Baca Surah Taubahdengan terjemahan
فَلَا تُعْجِبْكَ أَمْوَٰلُهُمْ وَلَآ أَوْلَٰدُهُمْ إِنَّمَا يُرِيدُ ٱللَّهُ لِيُعَذِّبَهُم بِهَا فِى ٱلْحَيَوٰةِ ٱلدُّنْيَا وَتَزْهَقَ أَنفُسُهُمْ وَهُمْ كَٰفِرُونَ
Fala tuAAjibka amwaluhum wala awladuhum innama yureedu Allahu liyuAAaththibahum biha fee alhayati alddunya watazhaqa anfusuhum wahum kafiroona
Laten hunne rijkdommen of hunne kinderen u dus niet verwonderen. Waarlijk, God wil hen slechts door die zaken op deze wereld straffen, en dat hunne zielen hen verlaten, tijdens zij ongeloovigen zijn.
وَيَحْلِفُونَ بِٱللَّهِ إِنَّهُمْ لَمِنكُمْ وَمَا هُم مِّنكُمْ وَلَٰكِنَّهُمْ قَوْمٌ يَفْرَقُونَ
Wayahlifoona biAllahi innahum laminkum wama hum minkum walakinnahum qawmun yafraqoona
Zij zweren bij God, dat zij tot de uwen behooren, maar zij behooren niet tot u; doch zij vreezen.
لَوْ يَجِدُونَ مَلْجَـًٔا أَوْ مَغَٰرَٰتٍ أَوْ مُدَّخَلًا لَّوَلَّوْا۟ إِلَيْهِ وَهُمْ يَجْمَحُونَ
Law yajidoona maljaan aw magharatin aw muddakhalan lawallaw ilayhi wahum yajmahoona
Indien zij een toevluchtsoord, of holen, of een onderaardsch gewelf vinden, wenden zij zich af en begeven zich zoo spoedig mogelijk daarheen.
وَمِنْهُم مَّن يَلْمِزُكَ فِى ٱلصَّدَقَٰتِ فَإِنْ أُعْطُوا۟ مِنْهَا رَضُوا۟ وَإِن لَّمْ يُعْطَوْا۟ مِنْهَآ إِذَا هُمْ يَسْخَطُونَ
Waminhum man yalmizuka fee alssadaqati fain oAAtoo minha radoo wain lam yuAAtaw minha itha hum yaskhatoona
Er zijn ook onder hen, die slechte berichten omtrent u verspreiden, nopens uwe uitdeeling van aalmoezen; maar indien zij een deel daarvan ontvangen, zijn zij wel tevreden, doch indien zij geen deel daarvan ontvangen, onthoudt het, zijn zij toornig.
وَلَوْ أَنَّهُمْ رَضُوا۟ مَآ ءَاتَىٰهُمُ ٱللَّهُ وَرَسُولُهُۥ وَقَالُوا۟ حَسْبُنَا ٱللَّهُ سَيُؤْتِينَا ٱللَّهُ مِن فَضْلِهِۦ وَرَسُولُهُۥٓ إِنَّآ إِلَى ٱللَّهِ رَٰغِبُونَ
Walaw annahum radoo ma atahumu Allahu warasooluhu waqaloo hasbuna Allahu sayuteena Allahu min fadlihi warasooluhu inna ila Allahi raghiboona
Maar indien zij tevreden waren geweest met datgene, wat God en zijn apostel hun hebben gegeven, en zoo zij gezegd hadden: God is onze steun; God zal ons van zijn overvloed geven, evenals zijn Profeet, en wij begeeren slechts God: waarlijk het zou beter voor hen geweest zijn.
إِنَّمَا ٱلصَّدَقَٰتُ لِلْفُقَرَآءِ وَٱلْمَسَٰكِينِ وَٱلْعَٰمِلِينَ عَلَيْهَا وَٱلْمُؤَلَّفَةِ قُلُوبُهُمْ وَفِى ٱلرِّقَابِ وَٱلْغَٰرِمِينَ وَفِى سَبِيلِ ٱللَّهِ وَٱبْنِ ٱلسَّبِيلِ فَرِيضَةً مِّنَ ٱللَّهِ وَٱللَّهُ عَلِيمٌ حَكِيمٌ
Innama alssadaqatu lilfuqarai waalmasakeeni waalAAamileena AAalayha waalmuallafati quloobuhum wafee alrriqabi waalgharimeena wafee sabeeli Allahi waibni alssabeeli fareedatan mina Allahi waAllahu AAaleemun hakeemun
Aalmoezen moeten alleen uitgereikt worden aan de armen, de hulpbehoevenden en aan hen, welke gebruikt worden om die te verzamelen en te verdeelen, en aan hen wier harten voor den Islam gewonnen zijn; voor het vrijkoopen van slaven, en aan hen die schuld hebben en niet betalen kunnen; voor de bevordering van Gods geloof en aan den reiziger. Dit is een bevel van God, en God is alwetend en wijs.
وَمِنْهُمُ ٱلَّذِينَ يُؤْذُونَ ٱلنَّبِىَّ وَيَقُولُونَ هُوَ أُذُنٌ قُلْ أُذُنُ خَيْرٍ لَّكُمْ يُؤْمِنُ بِٱللَّهِ وَيُؤْمِنُ لِلْمُؤْمِنِينَ وَرَحْمَةٌ لِّلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ مِنكُمْ وَٱلَّذِينَ يُؤْذُونَ رَسُولَ ٱللَّهِ لَهُمْ عَذَابٌ أَلِيمٌ
Waminhumu allatheena yuthoona alnnabiyya wayaqooloona huwa othunun qul othunu khayrin lakum yuminu biAllahi wayuminu lilmumineena warahmatun lillatheena amanoo minkum waallatheena yuthoona rasoola Allahi lahum AAathabun aleemun
Er zijn sommigen onder hen, die den profeet belasteren en zeggen: Hij is een oor. Antwoord: Hij is een goed oor voor u; hij gelooft in God en hij vertrouwt den geloovige. En hij is eene genade voor degenen van u, die gelooven. Maar zij die Gods apostel beleedigen, zullen eene smartelijke straf ondergaan.
يَحْلِفُونَ بِٱللَّهِ لَكُمْ لِيُرْضُوكُمْ وَٱللَّهُ وَرَسُولُهُۥٓ أَحَقُّ أَن يُرْضُوهُ إِن كَانُوا۟ مُؤْمِنِينَ
Yahlifoona biAllahi lakum liyurdookum waAllahu warasooluhu ahaqqu an yurdoohu in kanoo mumineena
Zij zweren u bij God, dat zij u zouden willen behagen; maar het zou beter zijn dat zij Gode en zijn apostel behaagden, indien zij ware geloovigen zouden zijn.
أَلَمْ يَعْلَمُوٓا۟ أَنَّهُۥ مَن يُحَادِدِ ٱللَّهَ وَرَسُولَهُۥ فَأَنَّ لَهُۥ نَارَ جَهَنَّمَ خَٰلِدًا فِيهَا ذَٰلِكَ ٱلْخِزْىُ ٱلْعَظِيمُ
Alam yaAAlamoo annahu man yuhadidi Allaha warasoolahu faanna lahu nara jahannama khalidan feeha thalika alkhizyu alAAatheemu
Weten zij niet, dat hij, die God en zijn apostel weêrstand biedt, zonder twijfel met het vuur der hel gestraft worden, en daarin voor eeuwig verblijven zal? Dit is eene groote schande.
يَحْذَرُ ٱلْمُنَٰفِقُونَ أَن تُنَزَّلَ عَلَيْهِمْ سُورَةٌ تُنَبِّئُهُم بِمَا فِى قُلُوبِهِمْ قُلِ ٱسْتَهْزِءُوٓا۟ إِنَّ ٱللَّهَ مُخْرِجٌ مَّا تَحْذَرُونَ
Yahtharu almunafiqoona an tunazzala AAalayhim sooratun tunabbiohum bima fee quloobihim quli istahzioo inna Allaha mukhrijun ma tahtharoona
De huichelaars vreezen, dat eene Soera nopens hen mocht worden geopenbaard, om hun te verklaren, wat zich in hunne harten bevindt. Zeg tot hen: Gij spot, maar God zal zekerlijk aan het licht brengen, wat gij vreest te zien openbaren.
Contact Us
Thanks for reaching out.
We'll get back to you soon.